VTH strategie Thermphos

Schriftelijke vragen conform artikel 44 van het Reglement van Orde van het Statenlid Peter van Dijk, Partij voor de Vrijheid (PVV), over de VTH strategie bij Thermphos.

Aan het College van Gedeputeerde Staten
Provinciehuis
Abdij 6
4331 BK MIDDELBURG

Kattendijke, 17 augustus 2011

Geacht College,

Toelichting:

In de “VTH Strategie Thermphos International B.V.”  (hierna: VTH strategie) staat beschreven hoe de provincie Zeeland inhoud geeft aan haar verantwoordelijkheid als bevoegd gezag voor vergunningverlening, toezicht en handhaving . In opdracht van de provincie wordt eens per week de uitstoot gemeten aan de drie schoorstenen van de sinterfabriek van Thermphos.

In de VTH strategie staat duidelijk aangegeven dat de tijd tussen een meting van een overschrijding van de norm (week 0), op basis waarvan een last onder dwangsom wordt opgelegd, en een tweede gemeten overtreding, op basis waarvan een dwangsom wordt verbeurd, 12 weken bedraagt. Zo is in week 4 de gevalideerde uitslag van de meting bekend en in week 6 de concept-sanctie-beschikking gereed. (…)

Op 23 mei 2011 verschijnt een persbericht van de provincie waarin melding wordt gemaakt van overschrijding van de dioxinenorm door Thermphos. Op 30 maart 2011 werd een uitstoot van 1,2 ng TEQ/Nm3 gemeten en op 20 april 2011 werd een uitstoot van 1,1 ng TEQ/Nm3 gemeten. Vervolgens vermeldt het persbericht dat de provincie een last onder dwangsom in voorbereiding heeft.

Op 25 mei 2011 bericht u over de actuele stand van zaken van het dossier Thermphos waarin staat dat, ik citeer van bladzijde 7, onderste regel, “mei 2011: overschrijding van emissie-eis voor dioxine op sinterroosters geconstateerd, hiervoor is een last onder dwangsom in voorbereiding”.

In de commissievergadering REW van 10 juni jl. heeft mijn collega Haaze aangegeven dat wat de PVV betreft de provincie op de punt van zijn stoel moet zitten als het om toezicht op bedrijven zoals Thermphos gaat, en daadkrachtig moet optreden. Ik heb begrepen dat u het met collega Haaze eens was.

Vragen:

1.  Als het u als college ernst is, en dat hopen wij als PVV-fractie toch echt,  kunt u dan uitleggen waarom bovengenoemde meting van 30 maart jl. na vier weken nog niet gevalideerd was, dus ergens eind april, en waarom het niet mogelijk was gewoon half mei de concept-sanctie beschikking van de last onder dwangsom gereed te hebben? Het is toch belangrijk genoeg om hier op de punt van de stoel te zitten en daadkrachtig te handelen?
2.  In uw bericht van 25 mei  jl. zegt u dat in mei 2011 een overschrijding van de emissie-eis voor dioxine is geconstateerd (…), terwijl u in uw persbericht van 23 mei jl. melding maakt van een overschrijding op 30 maart en 20 april jl. Hebben we het hier nu over hetzelfde en zo ja, welke datum klopt er nu?
3.  Moet uit bovengenoemde feiten worden opgemaakt dat uw VTH-strategie te ambitieus is en dat uw college de strategie wenst te herzien?
4.  Er van uitgaande dat uw college het met de PVV-fractie eens is dat er in dit soort situaties door de provincie daadkrachtig opgetreden dient te worden,wat gaat u als college er dan aan doen om in voorkomende situaties de benodigde termijnen niet onnodig langer te maken?

Ik verzoek u vriendelijk deze vragen schriftelijk te beantwoorden.

Hoogachtend,

Statenfractie Partij voor de Vrijheid in Zeeland

Namens deze,

Peter van Dijk

Lid Provinciale Staten van Zeeland