Antwoorden op artikel 44 vragen van het reglement van orde van het Statenlid Ruud Haaze inzake Non-activiteitsregeling Zeeland

Provinciale Staten 

Statenstukken

Vragen van het statenlid dhr. R. Haaze (Partij voor de Vrijheid) ingevolge artikel 44 reglement van orde

AANHANGSEL

tot de   notulen van de provinciale staten van Zeeland 2016 nummer 060. Vragen ingevolge artikel 44 van het

reglement van orde inzake   Non-activiteits-regeling Zeeland

Antwoorden van   gedeputeerde staten:

(ingekomen 18 februari 2016)

 

1.   Heeft   er 2015 inzet van NAR-mede-werkers plaatsgevonden? Zo nee, waarom niet? Zo   ja, met hoeveel is de strafheffing van de fiscus daardoor verminderd? 1.   Ja   (in beperkte mate). De VUT-heffing is in 2015 hierdoor met € 20.020,--   verlaagd.
2.   Bent   u nu echt van mening dat uw col-lege er alles aan gedaan heeft en doet om de   "pool van kennis en ervaring" succesvol te benutten en daarmee de   strafheffing van de fiscus zo laag mo-gelijk te houden? Zo ja, waaruit blijkt   dat? Zo nee, waarom niet? 2.  

Bij   de reorganisatie per 1-1-2013 werd

beoogd   de omvang van de formatie af te stemmen op de provinciale kerntaken. De   daarvoor noodzakelijke formatiereductie is gerealiseerd door middel van de   NAR. Bij de inhuur van externe expertise wordt

standaard   overwogen of hiervoor een NAR-deelnemer kan worden ingezet. Voorop blijft   staan dat de NAR is bedoeld om de formatiereductie te realiseren.